Net als zo veel bij de brandweer bestaat er ook geen basisstraalpijp met basis instellingen. Alles hangt af van de omstandigheden in een bepaalde situatie, iets dat ons niet vreemd voor komt.
Het boekje "brandbestrijding - technisch bekekenen, tactisch toegepast" (Lambert, Baaij, Nieling, VandenBerghe) leert ons hier het nodige over. Hoofdvraag daarin is onder andere "hoe effectief we zijn met onze straalpijp". Dit issue zit hem vooral in veel aspecten van het gebruik. Om beter gebruik te kunnen maken van het water dat we bij een brand inbrengen zullen we veel moeten trainen in bepaalde straalpijpvoeringstechnieken. Dagelijkse training zorgt ervoor dat we bij brand efficiënter kunnen optreden.
Het doel van rookgaskoeling is om de temperatuur tot onder de zelfontbrandingstemperatuur te krijgen dan wel de ideale mengverhouding te verstoren.
Stel je straalpijp in op een sproeistand en geeft een aantal korte pulsen in de rooklaag boven je. Analyseer dan snel of je het beoogde effect hebt behaald, pas je techniek zo nodig aan en herhaal dit.
Een lange puls met een volledig geopende straalpijp duurt ongeveer 2 seconden waarbij de kegelhoek zo is ingesteld dat je de brandhaard kunt raken.
Deze techniek is vooral bedoeld om een brandhaard direct te koelen met een gebonden straal cq. puls waarbij voorkomen moet worden dat je de straalpijp helemaal open zet en heel veel water op het vuur gooit (zicht is dan meteen verdwenen).
Deze techniek gebruiken we voor het afblussen om veel water op brandende delen te gooien. Je moet de hoeveelheid water nauwkeurig regelen met de handel en de straalpijp is op een gebonden straal ingesteld. Deze techniek gebruiken we voor het afblussen om veel water op brandende delen te gooien. Je moet de hoeveelheid water nauwkeurig regelen met de handel en de straalpijp is op een gebonden straal.
Bekijk de videopresentatie straalpijpvoeringstechnieken