HOOFDSTUK I Begripsbepalingen

Artikel 1

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    ERNA: Eilandenregeling Nederlandse Antillen;

  • b.

    eilandgebied: het eilandgebied Sint Eustatius;

  • c.

    bestuur: het bestuur van het eilandgebied, uitgeoefend door de eilandsraad, het bestuurscollege en de gezaghebber;

  • d.

    bestuursorganen: de eilandsraad, het bestuurscollege en de gezaghebber;

  • e.

    eilandsraad: de eilandsraad van het eilandgebied Sint Eustatius;

  • f.

    bestuurscollege: het bestuurscollege van het eilandgebied Sint Eustatius;

  • g.

    gezaghebber: de gezaghebber van het eilandgebied Sint Eustatius;

  • h.

    eilandsecretaris: de functionaris, bedoeld in artikel 25 van de ERNA, als zodanig benoemd door de eilandsraad;

  • i.

    ambtelijke organisatie: de administratieve organisatie van het eilandgebied als geheel, waarin opgenomen alle administratieve organisatorische eenheden van het eilandgebied, voorzover functionerend onder verantwoordelijkheid van het bestuur;

  • j.

    bureau kabinet: de organisatorische eenheid binnen de ambtelijke organisatie, als zodanig door de eilandsraad aangewezen, die de gezaghebber ondersteunt ten behoeve van diens wettelijke taken;

  • k.

    bureau: elke organisatorische eenheid ressorterend onder de eilandsecretaris, als zodanig door de eilandsraad aangewezen, belast met de voorbereiding en uitvoering van beleid op de toegewezen terreinen van zorg en de specifieke taken;

  • l.

    afdeling: dienst: elke organisatorische eenheid binnen de ambtelijke organisatie, als zodanig door de eilandsraad aangewezen, belast met de voorbereiding en de uitvoering van beleid op de toegewezen terreinen van zorg en de specifieke taken;

  • m.

    dienst: elke organisatorische eenheid binnen de ambtelijke organisatie, als zodanig door de eilandsraad aangewezen, belast met de voorbereiding en de uitvoering van in het bijzonder extern gericht beleid op de toegewezen terreinen van zorg en de specifieke taken;

  • n.

    sectie: elke organisatorische eenheid binnen een afdeling of dienst, als zodanig door het bestuurscollege aangewezen, belast met de voorbereiding en uitvoering van beleid op de toegewezen terreinen van zorg en de specifieke taken;

  • o.

    bureauhoofd: de functionaris die de leiding heeft van een bureau, als zodanig door het bestuurscollege benoemd;

  • p.

    afdelingshoofd: de functionaris die de leiding heeft van een afdeling, als zodanig door het bestuurscollege benoemd;

  • q.

    diensthoofd: de functionaris die de leiding heeft van een dienst, als zodanig door het bestuurscollege benoemd;

  • r.

    sectiehoofd: de functionaris die de leiding heeft van een sectie, als zodanig door het bestuurscollege benoemd;

  • s.

    stafoverleg: het overlegteam bestaande uit de eilandsecretaris, bureau-, afdelings- en diensthoofden;

  • t.

    medebewind: het verlenen van medewerking aan het uitvoeren van hogere regelingen, zoals landsverordeningen en lands-besluiten, houdende algemene regelingen.